Ondernemen in uitdagende tijden, evident is anders! Na de omzetcrisis door Covid, maken we actueel een kosten – en rendabiliteitscrisis door, met als voorname schuldigen: de hoge kosten voor grondstoffen, energie en lonen. Hierdoor zien veel ondernemers hun marges dalen en winsten verdampen. Hoe kunnen we als ondernemer terug ademruimte krijgen?

Het weze duidelijk dat jouw boekhouder hier een prominente rol in speelt en dit op meervoudig vlak.

In eerste instantie heeft deze zo goed als exclusief zicht op en inzicht in jouw cijfers. Kennis is één ding, maar van determinerend belang is dat hij dit ook in verstaanbare taal kan overbrengen aan jou. Want wat heb je aan een slimme boekhouder, als je het verhaal achter jouw eigen cijfers niet begrijpt?! Aan het smijten met holistische en complexe termen als solvabiliteit/liquiditeit/omzet/bruto marges en dergelijke meer heeft de ondernemer niets. Deze laatste heeft voornamelijk nood aan een schematische voorstelling, zodat hij zich visueel een beeld kan vormen over  de financiële gezondheid van zijn onderneming. .

De antwoorden op de basisvragen moeten duidelijk zijn voor de ondernemer:

Een breed bedrijfseconomisch inzicht op maat is nodig om hier een klaar beeld over te krijgen. Hoe kan je anders voeling houden met de financiële realiteit van jouw zaak?

De vraag die je je moet stellen is: vult jouw boekhouder deze behoefte (genoeg) voor jou in? Als ondernemer ben je graag bezig met jouw ‘core business’ en zou je voor de fiscale en financiële kant van de zaak voluit moeten kunnen vertrouwen of terugvallen op het advies van jouw boekhouder.

We zien vandaag de dag dat de klassieke boekhouder nog steeds te vaak en te graag vasthoudt aan zijn eigen niche, wat maakt dat diens advies voornamelijk vanuit fiscaal oogpunt is ingegeven, daar waar de ondernemer eigenlijk nood heeft aan een ruimer overkoepelend advies. De visie leeft dat men voor verschillende aspecten van het advies bij verschillende instanties moet zijn (fiscaal advies bij boekhouder / successieplanning en vermogensbeheer bij notaris / financieel beheer bij de bank). Dit kan anders en zou anders moeten. En dit is waar jouw boekhouder 2.0. het verschil kan maken. Deze begrijpt de noden van de ondernemer op dat vlak en speelt hier op in. Het weze duidelijk dat niet één en dezelfde persoon achter dit omvattend advies kan zitten, maar dat hiervoor de krachten van verschillende experten dienen te worden samengebundeld onder 1 noemer. Een multidisciplinaire en pro-actieve opvolging van elk dossier.

Dit biedt het voordeel dat je je niet tot verschillende instanties dient te wenden, die elk afzonderlijk niet volkomen op de hoogte zijn van jouw situatie én wat er echt leeft in jouw bedrijf. Bovendien wordt zo het risico dat men implicaties op de andere gebieden over het hoofd ziet tot een minimum herleid en kunnen alle belangen mee in de schaal gelegd worden bij het nemen van belangrijke beslissingen.

Wij geloven met Ondernemingscoach oprecht dat dit de toekomst is en dat we hier naartoe moeten evolueren. Wij zetten hier dan ook “vollenbak” op in.  Want zeker in deze niet zo evidente tijden is een omkadering en begeleiding op een breed bedrijfseconomisch gebied een absolute must.

Aftrekbare brandstoffen

Sinds het aanslagjaar 2021 zijn de brandstofkosten voor je eenmanszaak beperkt aftrekbaar, afhankelijk van de CO2-uitstoot. Voor de fiscus mag je deze aftrekbare tankkosten bewijzen of forfaitair ramen.

2 berekeningsmethodes voor je aftrekbare tankkosten

Als zaakvoerder van een eenmanszaak mag je je beroepskosten inbrengen: forfaitair of werkelijk, op basis van concrete bewijsstukken. Ook je brandstofkosten vallen onder de noemer van beroepskosten. Om die in rekening te brengen zijn er 2 methodes: op basis van bewijsstukken of op basis van gemiddelde brandstofprijzen:

  1. Je houdt alle bewijsstukken zoals tickets en uittreksels bij en telt alle bedragen (exclusief btw) op. Je voegt er nadien de niet-recupereerbare btw aan toe. Dat is normaal gezien het volledige bedrag, want je kan de btw alleen maar recupereren op btw-conforme facturen.
  2. Of je baseert je berekening op gemiddelde brandstofprijzen en het gemiddelde verbruik per kilometer. Onderstaand voorbeeldje helpt je ongetwijfeld op weg.

Je kan elk jaar zelf beslissen welke berekeningsmethode je hanteert, dewelke je natuurlijk het meeste voordeel oplevert. Kies je methode 2, dan moet je je baseren op de nieuwe gemiddelde brandstofprijzen voor 2022. Deze liggen, gezien de energieprijzen, uiteraard hoger dan in 2021.

BrandstofInkomstenjaar 2021Inkomstenjaar 2022
Benzine 95€ 1,6060€ 1,9182
Benzine 98€ 1,6360€ 2,0287
Diesel€ 1,5727€ 1,9895
LPG€ 0,6466€ 0,8165

Een voorbeeld

Stel, je hebt in 2022 in totaal 10.000 kilometer gereden met je BMW X1. Die heeft een gemiddeld verbruik van 8,5 liter benzine 95 per 100 kilometer.

Maar je aftrekbare tankkosten worden nog méér beperkt

Welke methode je ook gebruikt, hou er rekening mee dat het resultaat ervan niet het bedrag is dat je mag aftrekken. Je moet nog het beroepsgedeelte ervan bepalen én het bedrag fiscaal beperken:

Ben je dus van plan om een nieuwe wagen aan te schaffen, let dus zeker op de impact ervan op het milieu. Hoe minder uitstoot, hoe meer kosten je kan aftrekken. Ondertussen is de transitie naar een elektrische vloot ingezet, want uiteindelijk zijn er veel (fiscale) voordelen bij de aankoop van een elektrische auto in Vlaanderen:

Wat raden wij jou aan?

Stel dat je helemaal vanaf 0 mag beginnen, dan is een elektrische auto het beste alternatief. Ook al is hij duurder in aankoop, je krijgt er veel voordelen voor in de plaats. En uiteindelijk zal de restwaarde ook hoger zijn dan een klassieke auto met verbrandingsmotor. De recente Europese klimaatwet, die nieuwe benzine- en dieselauto’s vanaf 2035 verbiedt, laat je trouwens binnenkort geen andere keuze.

Heb je nog geen elektrische auto, dan is een tankkaart een optie om je brandstofkosten te bewijzen. Zo krijg je maandelijks een factuur en is 50% van de btw voor beroepsverplaatsingen aftrekbaar. Je moet ook geen ticketjes meer verzamelen die wellicht verdwijnen in je auto en waarvan je de letters en cijfers na een tijdje niet meer kan aflezen.

Welke tools of methode je ook gebruikt, wij kennen de spelregels en gaan samen met jou op zoek naar de beste oplossing in functie van jouw professionele trajecten, je privébehoeften en de spelregels inzake fiscaliteit.

Groeier van het jaar

Cijfers liegen niet: België kent meer dan 1 miljoen btw-plichtige ondernemingen op 11,59 miljoen inwoners. Er zit dus wel wat ondernemerschap in ons land. En als we naar ons klantenbestand kijken, ook in onze eigen regio!

De statistieken blazen je misschien omver, maar toch zijn ze correct. Alleen is het niet geweten, omdat we gewoonweg te bescheiden zijn. Binnen Ondernemingscoach zien we ons klantenstand vergroten en ook de ondernemers zelf groeien sterk. Wij willen af van die nuchterheid. Borst vooruit en uitpakken maar! Wij belonen dit jaar de Groeier van het Jaar.

Spotlights op onze ondernemers die stappen zetten

Vandaag zien we ondernemingen indrukwekkende cijfers neerzetten, maar doen ze er zelf te weinig mee of krijgen ze niet de erkenning die ze verdienen. Met Groeier van het Jaar willen we hen letterlijk en figuurlijk in de bloemetjes zetten. Het principe is heel eenvoudig. Dankzij vergaande digitalisering hebben we een realtime zicht op de cijfers. Vandaaruit houden we bij welke groei onze ondernemers hebben gerealiseerd in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. Op het einde van elk trimester stellen we een tussenstand op. Wie eind 2023 de meeste relatieve groei realiseerde, zal dit nooit vergeten en met fierheid kunnen doorvertellen.

Wat levert groei voor je bedrijf op?

Ondernemen is zoals fietsen. Als je niet blijft trappen, val je om. Groeien hoeft niet te betekenen dat je plots je cijfers gaat verdubbelen. Stapje per stapje is voldoende. En op het moment dat je groei realiseert, levert het op. Zowel voor je zaak als voor jezelf. 

Groei brengt geen enkel nadeel met zich mee. Daarom zetten we het maar al te graag in de kijker!

En de Groeier van het Jaar 2023 is …

voorlopig niet gekend. We maken de winnaar bekend begin 2024. En wie die winnaar wordt, dat zal je zeker niet ontgaan!

In afwachting van verdere fiscale hervormingen heeft de federale regering alvast strengere voorwaarden opgelegd voor wie gebruik maakt van het bijzonder belastingregime van auteursrechten. Door de wijziging zijn er minder rechthebbenden en komt er meer geld in de schatkist terecht. De nieuwe regels gelden vanaf het inkomstenjaar 2023.

Wat zijn auteursrechten?

Auteursrechten beschermen creaties van de geest, meer bepaald werken van letterkunde en kunst. Hierbij moeten deze werken een concrete vorm heb, origineel en oorspronkelijk zijn. Dat kunnen dus kunstwerken zijn, maar ook foto’s, toneelstukken, computerprogramma’s, enz. Meer voorbeelden vind je terug op de website van de federale overheid.

Linken we auteursrechten aan ondernemers, dan begrijp je dat consultants (bv. copywriters, marketeers en IT’ers) ook werk afleveren “voor de massa” waarop auteursrechten van toepassing te zijn. Ze schrijven originele teksten, bedenken creatieve campagnes en schrijven software. Deze auteursrechten zijn dus een vergoeding voor hun intellectueel (creatief) werk.

Wat maakt auteursrechten interessant?

Sinds 2008 zijn de inkomsten uit auteursrechten gunstiger belast. De eerste schijf van inkomsten tot € 64.070 is slechts belast aan 15% roerende voorheffing. Bovendien geldt een kostenforfait van 50% op de eerste schrijf van € 17.090 en 25% op de schijf tot € 34.170. De hier vermelde bedragen zijn geïndexeerd en hebben betrekking op inkomstenjaar 2022.

Door dit gunstregime betalen rechthebbenden minder belastingen. En omdat de wetgeving in het verleden niet duidelijk afbakende wie hierop recht heeft, zijn de uitbetaalde vergoedingen de voorbije jaren sterk gegroeid.

Wat is er veranderd aan het auteursrechtensysteem?

De definitie van auteursrechten is vernieuwd en hierdoor is het toepassingsgebied meer zwart-wit, waar het eerder vooral een grijze zone was. Auteursrechten zijn inkomsten:

Computerprogramma’s zijn niet meteen “letterkunde” of “kunst”, maar vallen onder het algemene auteursrecht. Belangrijke voorwaarden: de oorspronkelijke rechthebbende beschikt over een kunstwerkattest of draagt zijn auteursrechten over aan een derde voor zijn mededeling aan het publiek, voor zijn openbare uitvoering of opvoering of voor zijn reproductie.

Wil je het kunstwerkattest bekomen, dan moet een op te richten commissie deze toekennen voor een periode van 5 jaar. Zonder dat attest moet je werk schriftelijk, grafisch of fotografisch toegankelijk zijn voor een onbepaald aantal lezers en kijkers, via verschillende dragers of kanalen. Het gunstregime is dus niet meer van toepassing in een relatie tussen werkgever en werknemer of bij gebruik door 1 klant.

Een meer voorzichtige aanpak is dus op zijn plaats, want naast de nieuwe spelregels zijn er grenzen bepaald, beperkingen opgelegd en overgangsmaatregelen gedefinieerd. Zelf hanteren wij liever het voorzichtigheidsprincipe: zijn auteursrechten niet van toepassing, dan nemen we ze niet op in jouw dossier. Meer info nodig over auteursrechten? Neem gerust contact op met je dossierverantwoordelijke.

Een meer voorzichtige aanpak is dus op zijn plaats, want naast de nieuwe spelregels zijn er grenzen bepaald, beperkingen opgelegd en overgangsmaatregelen gedefinieerd. Zelf hanteren wij liever het voorzichtigheidsprincipe: zijn auteursrechten niet van toepassing, dan nemen we ze niet op in jouw dossier. Meer info nodig over auteursrechten? Neem dan gerust contact op met je dossierverantwoordelijke.

Als werkgever (of bedrijfsleider van een vennootschap) kan je vandaag gebruikmaken van werkelijke en forfaitaire onkostenvergoedingen. Ze worden ook “kosten eigen aan de werkgever” genoemd. Omdat ze te vaak onterecht worden gebruikt als een klein stukje verloning, zonder rsz-bijdragen en belastingen, treedt de fiscus strenger op tegen het misbruik ervan. Ze verliezen hierdoor immers een bron van inkomsten. Sinds 2022 bestaat er al een verruimde ficheverplichting om een beter zicht te krijgen op de betalingen.

Onterecht gebruik of misbruik wordt bestraft

De nieuwe fiscale fiche verhoogt de transparantie van deze aftrekbare beroepskosten. Niet alleen moet je verschillende type onkostenvergoedingen per categorie vermelden. Ook moet je voor elk type onkostenvergoeding het totale bedrag vermelden. Zo kan de fiscus extra controles uitvoeren op eventuele dubbele toekenning van onkosten. Bij het niet naleven van de verplichtingen of eventueel misbruik riskeer je sancties van niet-aftrekbaarheid van de beroepskost tot zelfs administratieve boetes. Het spreekt dus voor zich dat het ook belangrijk is om bewijzen en tickets goed bij te houden wanneer je je beroepskosten bewijst. Bij een forfaitaire onkostenvergoeding moet je het gehanteerde forfait kunnen verantwoorden.

De meest voorkomende onkostenvergoedingen zijn:

Kritische kijk op toegepaste onkostenvergoedingen

In 2023 zullen we jouw verloning (en eventueel die van je werknemers) onder de loep nemen. Zo zullen we niet alleen elke toegekende onkostenvergoeding in vraag stellen, ook kijken we meteen na of de toegepaste forfaits up-to-date én te verantwoorden zijn. Zo kunnen we een correct fiscaal geoptimaliseerde verloning garanderen. Op basis van deze analyse zullen we jou adviseren om eventuele wijzigingen door te voeren. Uiteindelijk ben jij als bedrijfsleider eindverantwoordelijke en beslis je dus zelf welke wijzigingen doorgevoerd moeten worden.

Vanaf 1 januari 2023 daalt het basispercentage van de investeringsaftrek opnieuw van 25% naar 8%. Plan je nog de installatie van een airco, een renovatie of de aankoop van een bureau of laptop voor je zaak, doe het dan nog voor het einde van het jaar. Het levert je een aanzienlijk voordeel op.

Wat is de investeringsaftrek?

Eenmanszaken en vennootschappen (kmo’s) die investeren krijgen, onder bepaalde voorwaarden, een fiscaal voordeel in de vorm van een investeringsaftrek. Op een reeks van specifieke investeringen zijn bijzondere percentages van toepassing, o.a. als ze energiebesparend zijn. De investeringsaftrek verlaagt het bedrag waarop belastingen moeten worden betaald, je mag ze dus aftrekken van de belastbare winst (= omzet met aftrek van kosten).

De investeringsaftrek heeft als doel kmo’s aan te zetten om productieve investeringen te doen. De aftrek komt bovenop de normale afschrijvingskost in vaste activa.

Wat is een verhoogde investeringsaftrek?

In 2018 en 2019 werd het basispercentage verhoogd naar 20%. Om ook investeringen tijdens de Covid-pandemie te blijven stimuleren werd het percentage in 2020 verhoogd naar 25%. Die verhoogde investeringsaftrek loopt nog tot en met 31 december 2022. Vanaf 1 januari 2023 bedraagt het basispercentage opnieuw 8%.

Welke investeringen komen in aanmerking?

Het voordeel van de investeringsaftrek geldt uitsluitend op investeringen in nieuwe afschrijfbare materiële of immateriële vaste activa die in België uitsluitend voor de beroepsactiviteit gebruikt worden. Voorbeelden zijn gebouwen, renovaties, machines, kantoorinrichting, bureaumateriaal, enz.

Een nieuwe firmawagen valt niet onder de verhoogde investeringsaftrek. Hou er ook rekening mee dat de factuur nog in 2022 wordt opgemaakt en dat je dit jaar eigenaar wordt van de goederen.

Basisvoorwaarden zijn:

Een voordeel van minimaal honderden euro’s

Stel, je investeert in een nieuwe machine ter waarde van € 30.000. Dan is je investeringsaftrek

Door je investering nog dit jaar te doen, doe je dus € 1.275 voordeel op een investering van € 30.000. Reken maar eens uit hoeveel je wint op een investering die veel hoger is.

Plan je nog een belangrijke (dure) investering of aankoop? En kan je die vooruitschuiven naar 2022? Spreek er dan zeker eerst eens over met je ondernemingscoach.

Influencers hoeven dan toch niet het adres van hun zaak of vennootschap, vaak hun privé-adres, te vermelden op hun profielen op sociale media. Nochtans is dat een verplichting voor bedrijven, maar voor deze specifieke groep verleent de overheid nu uitstel tot een werkbare oplossing gevonden is.

Maar belangrijker nog, ken jij als ondernemer de nieuwe verplichte vermeldingen op je website en sociale media kanalen? Want de Economische Inspectie is volop op oorlogspad. Enkele maanden geleden kreeg een kmo uit onze regio al een brief dat hun website én sociale mediakanalen niet voldeden aan de nieuwste richtlijnen. Ze kregen tijd om zich in regel te stellen, hetgeen gebeurde zonder gevolgen. Om maar te zeggen dat men niet alleen de multinationals viseert.

Sinds enkele maanden zijn er nieuwe Europese richtlijnen die bepalen welke vermeldingen verplicht zijn voor je website en/of webshop. Ze gelden ook voor vrije beroepen. We lijsten ze hieronder even op.

Altijd te vermelden gegevens

Een reeks van gegevens moeten voortaan verplicht en makkelijk terug te vinden zijn:

Indien van toepassing (bv. voor vennootschappen)

Afhankelijk van de sector waarin je actief bent, kunnen daar nog extra verplichtingen bijkomen zoals:

Wat als je niet in regel bent?

Een website, webshop of sociale media zijn vandaag een absolute must, want zonder ben je als onderneming eigenlijk onbestaande. Maar daarbij horen dus voortaan bovenstaande verplichtingen. Staan ze niet op je website, webshop of bedrijfspagina op sociale media, dan riskeer je een boete die kan oplopen tot 60.000 euro. Je kan als zaakvoerder zelfs hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld. Bij e-commerce geldt er ook een informatieplicht. Alle verplichte vermeldingen voor de online verkoop van producten en diensten vind je terug op de website www.hetinternetookuwzaak.be.

Opgelet: de link achter de URL wijst naar een specifieke pagina

Ons advies luidt …

De nieuwe spelregels hebben uiteindelijk één doel: transparantie. En voor jouw (toekomstige) klanten klinkt dat als muziek in de oren. Het vermelden van deze gegevens geeft niet alleen vertrouwen, ze stralen ook jouw professionele aanpak uit. Je hebt ten slotte niks te verbergen en stelt je open voor je klanten om contact met je op te nemen. Want zegt nu zelf, werk jij ook niet gewoon liever met ondernemers of webshops waarvan je weet wie er eigenlijk achter de virtuele etalage zit? Websites die minder goede bedoelingen hebben moeten door deze verplichtingen sneller door de mand vallen. En dat komt jouw zaak op termijn beter uit.

Geef je webmaster of agency daarom de opdracht om je in regel te stellen met alle verplichtingen. Verberg ze niet achter onvindbare linken of pagina’s, maar zet ze bijvoorbeeld onderaan in de footer van je website. Vergeet ook niet andere belangrijke informatie op je website te vermelden zoals je algemene voorwaarden, eventuele garanties of diensten na verkoop, verzendings- en betalingsinformatie, enz. Want hoe meer transparantie, hoe meer vertrouwen je krijgt en dat resulteert in … verkoop en groei.

Hulp nodig met je algemene voorwaarden, privacy policy of andere wettelijke verplichtingen? Onze Ondernemingscoach-juriste helpt je graag op weg.

Enthousiaste nieuwe werknemers vinden is vandaag een hele opgave. Als werkgever moet je dus meer inspanningen leveren om je werknemers tevreden te houden. Met de winstpremie bestaat er een fiscaal voordelige tool om werkkrachten aan te trekken én je medewerkers te belonen.

Wat is een winstpremie?

De winstpremie is een tool die je als onderneming kan inschakelen om (een deel van) je winst van een boekjaar aan je werknemers toe te kennen. Maximaal 30% van de totale brutoloonmassa mag je zo uitkeren. Als werkgever neem jij het initiatief om al dan niet zo’n winstpremie uit te keren en aan welke voorwaarden. Dit moet altijd schriftelijk gebeuren, waarbij een e-mail volstaat. Het is ook geen verworven recht, het initiatief ligt bij jou. Vroeger heette dit “deelname in de winst”.

Opgelet, de winstpremie is niet in het leven geroepen om loon of andere voordelen te vervangen. Je kan het alleen maar inzetten voor werknemers, niet voor jezelf als bedrijfsleider, als afzonderlijke (extra) collectieve premie. Het is dus een premie voor iedereen of voor niemand.

Vandaag doet de stijgende inflatie je medewerkers kritischer kijken naar hoeveel zij verdienen. Volgens een recent onderzoek van Tempo-Team, uitgevoerd in het laatste kwartaal van 2021, vindt de helft van de medewerkers zijn loon onrechtvaardig. Bij vrouwen is het zelfs twee op drie. Met de winstpremie kom je dus tegemoet aan deze bekommernissen, maar laat je het afhangen van hoe jouw onderneming presteert. Bovendien positioneer je je als aantrekkelijke werkgever en geef je je medewerkers geen reden meer om een hoger loon bij een andere firma te zoeken. Ook het samenhorigheidsgevoel is een voordeel: iedereen werkt samen aan een gemeenschappelijk doel dat jou als werkgever als muziek in de oren klinkt, nl. (meer) winst maken.

De premie is vrijgesteld van inkomstenbelasting. Werknemers betalen een bevrijdende bijzondere heffing van 7% en een solidariteitsbijdrage van 13,07%. Voor jou als werkgever is er geen werkgeversbijdrage te betalen. Je betaalt wel vennootschapsbelasting: de winstpremie is immers een onderdeel van de winst, een verworpen uitgave dus en geen aftrekpost.

Welke soorten winstpremies zijn er?

Voor beide winstpremies is er een andere invoeringsprocedure, waarmee we jou kunnen helpen.

Is de winstpremie voordeliger dan loon of de loonbonus?

Naast de winstpremie bestaat er vandaag ook een andere loonbonus, het niet-recurrente resultaatsgebonden voordeel. De term “niet-recurrent” spreekt voor zich: net als de winstpremie is het geen verworven recht en bepaal jij als werkgever de invoering ervan. Beiden zijn compatibel en kunnen tegelijkertijd naast elkaar bestaan. Bij de loonbonus worden op voorhand specifieke doelen opgesteld die een groep van medewerkers moeten behalen om de bonus te bekomen. Dat kan een team, een groep, een afdeling of gans het bedrijf zijn. Door hun gemeenschappelijke inzet of prestatie moeten ze samen een collectief doel realiseren.

Ook de jobbonus is fiscaal interessanter voor jou als werkgever. Nadeel ervan is dat de loonbonus vaak in bedrijven discussies losweekt, zeker als bepaalde teams wél en anderen niet een doel hebben bereikt.  Hierdoor ga je vaak aan jouw persoonlijke doel, belonen en motiveren, voorbij. Met een winstpremie is het eenvoudiger en zwart op wit: de winst is er of is er niet.

We werkten een fictief voorbeeldje uit:

 Loon/premie 2022WinstpremieLoonbonus
Brutobonus€ 3.500€ 3.500€ 3.500
RSZ-bijdrage werknemer€ 457,45€ 457,45€ 457,45
Belastingen (indicatief)€ 1.369,15 (45%)€ 212,98
Nettobonus€ 1.673,40€ 2.829,57€ 3.042,55
RSZ-bijdrage werkgever€ 875 (25%)€ 1.155 (33%)
Verworpen uitgave€ 1.035,30 (29,58%)
Kostprijs werkgever€ 4.375€ 4.535,30€ 4.655
Kost t.o.v. nettobonus2,611,601,53

Zowel de winstpremie als de loonbonus (niet-recurrent voordeel) zijn fiscaal dus veel voordeliger dan de uitkering van extra loon of een premie. De winstpremie kost je als werkgever minder dan de loonbonus, maar bij die laatste houden je werknemers netto iets meer over.

Hoe moet ik de winstpremie implementeren?

Bij Ondernemingscoach horen we vaak dat personeel duur is. Juist is het niet helemaal, maar het is ook niet onjuist. Personeel zorgt er immers ook voor dat je geld kan verdienen, winst kan maken en dat je zaak groeit. In tijden waar goed personeel schaarser wordt (en vooral ook actief wordt benaderd door andere werkgevers) komt het er op aan om ze te belonen en te motiveren. De winstpremie zorgt ervoor dat je medewerkers geen redenen hebben andere oorden op te zoeken. En je kan het ook inzetten als extra voordeel om nieuwe gemotiveerde krachten aan te werven. Want alleen zo win je de war on talent.

Meer informatie nodig over de winstpremie en hoe te implementeren? Contacteer gerust je Ondernemingscoach.

In juni steeg de inflatie naar 9,65%, het hoogste cijfer in 40 jaar. Het leven gaat dus nóg duurder worden, want niet alle bedrijven of supermarkten hebben die meerkost al doorgerekend. En dat riskeer jij als consument/ondernemer maar liefst 4 keer te betalen. Gelukkig kan je er zelf nog wel iets aan doen.

1. Koopkrachtbescherming van je medewerkers

België is één van de weinige landen waar de lonen automatisch worden aangepast aan de stijgende levensduurte. Stijgen de prijzen, dan behouden werknemers hun koopkracht door de automatische loonindexering. Die rekening belandt uiteindelijk bij de werkgever en die betaalt de inflatie meteen een eerste keer.

2. Ook jouw bedrijfsonkosten stijgen

De sterkte inflatie is onder andere het gevolg van stijgende energie- en brandstofprijzen. Die raken niet alleen consumenten, maar ook professionele verbruikers. Ook de factuur voor verwarming of elektriciteit in kantoorruimtes, ateliers, winkelruimtes, magazijnen,… gaat omhoog. En een volle tank voor je bedrijfsvoertuigen en bestelwagens kost vandaag al bijna 40% meer dan een jaar geleden. De inflatie treft je zo een tweede keer.

3. Stijgende aankoopprijzen

Ook jouw leveranciers moeten afrekenen met stijgende loon- en/of productiekosten. Want ook zij hebben o.a. een duurdere energierekening. Vandaag zijn die nog niet volledig doorgerekend in jouw aankoopprijs, dus verwacht je ook hier nog aan een derde meerkost door de inflatie.

4. Ook jouw winkelkar wordt duurder

Vandaag keer je jezelf een loon uit om te kunnen voorzien in je eigen levensbehoeften. Maar 1 euro is ook voor jou minder waard dan 1 jaar geleden. Om je levensstandaard te behouden moet je dus meer loon uitkeren, wat neerkomt op extra lasten. Of hoe de indexering van je eigen loon, je een vierde keer raakt als werkgever. Tenzij je zelf de broeksriem aantrekt.

Met compassie ga je er niet komen

Is de situatie dan helemaal uitzichtloos? Helemaal niet, maar je gaat wel dringend actie moeten ondernemen. Aan de stijgende loonkosten van je personeel kan je weinig veranderen, de regels zijn wat ze zijn. Maar als advieskantoor moedigen we je wel aan om werk te maken van onderstaande punten:

En nog een aantal extra tips:

Verlies dus geen tijd meer en zorg ervoor dat de inflatie geen al te grote happen neemt uit jouw winstmarge. Hoe langer je wacht, hoe groter de impact op jouw financiële cijfers.

Heb je een winkel of doe je zaken met particuliere klanten, dan moet je vanaf 1 juli 2022 minstens één elektronisch betaalmiddel aanbieden.

De nieuwe maatregel geldt voor iedereen die zich richt naar consumenten, ongeacht de grootte van je zaak. Het nieuwe elektronische betaalmiddel moet bovendien ook gratis zijn, je mag er geen extra kost voor aanrekenen. Ook een minimumlimiet toepassen is onwettelijk. En je mag cashbetalingen ook niet weigeren. In de praktijk betekent het dus dat elke onderneming minstens 2 betaaloplossingen moet aanbieden: cash én elektronisch.

Maaltijdcheques, ecocheques of consumentencheques zijn geen elektronische betalingen. Ook cryptomunten en andere virtuele munten vallen hier buiten.

Voor welke ondernemingen geldt deze verplichting?

De nieuwe spelregels gelden voor alle natuurlijke personen of rechtspersonen die op permanente basis een economisch doel nastreven gericht op consumenten, met inbegrip van hun verenigingen. Het gaat dus om handelaren, horeca, vrije beroepen, tandartsen, advocaten, apothekers, overheden, verenigingen, culturele centra, bibliotheken,… De verplichting geldt niet bij betalingen tussen ondernemingen (B2B).

Veiliger en makkelijker

Alsmaar meer consumenten maken gebruik van elektronische betaalmiddelen om hun aankopen te betalen. Velen hebben tegenwoordig amper cash geld in hun portefeuille. De verplichting moet het mogelijk maken om overal, zonder uitzonderingen, elektronisch te betalen. Daarnaast maakt de maatregel ook deel uit van de strijd tegen belastingfraude. En ook voor jou als ondernemer zijn er voordelen:

Weeral een extra kost voor mijn zaak?

De nieuwe regelgeving heeft het over elektronische betaalmogelijkheden, maar legt geen specifieke oplossing op. Ons advies is dan ook heel simpel: kies de betaalmethode die het best bij je zaak past en bij het profiel van je klanten. Kijk, afhankelijk van de marge op je producten, eventueel naar de transactiekost. Gebeuren er veel transacties, bespreek dan met je betaalprovider de verschillende mogelijkheden. Zo zijn er pakketten waarbij de kost per transactie daalt, naarmate het aantal transacties stijgt.

Betalen je klanten altijd aan de kassa, dan is een vaste betaalterminal de meest praktische oplossing. Gebeuren betalingen aan tafel (horeca) of on the road, dan is een mobiele betaalterminal of kaartlezer gekoppeld aan smartphone of tablet een optie. Gaat het slechts om enkele betalingen per maand, dan is een kaartlezer gekoppeld aan smartphone of tablet de beste keuze.

Als handelaar beslis je zelf welke kaarten je aanvaardt. Hou er rekening mee dat de transactiekost voor kredietkaarten meestal duurder is dan voor debetkaarten. Heb je veel internationale klanten, dan is het een must om kredietkaarten te aanvaarden. Anders moeten klassieke betaalkaarten (Bancontact of Maestro) volstaan.

Nog een drietal tips:

Solliciteer


Afspraak maken