Een maaltijdcheque is één van de meest voorkomende extralegale voordelen in België. Werkgevers geven het vaak als extraatje aan hun werknemers, waarbij de werknemer al snel €160 per maand op een fiscaal vriendelijke manier ontvangt.

Maar ook als zaakvoerder van je vennootschap kan dit voordeel worden toegekend.

Alle voordelen (kort samengevat) op een rijtje:

• Maximaal 8 euro per werkdag via maaltijdcheques
• Lage administratieve kosten
• Eenvoudig betalen via een elektronische maaltijdchequekaart
• Geen RSZ en personenbelasting te betalen

Maaltijdcheque voordeliger dan loon?

Een maaltijdcheque valt onder de categorie “extralegale voordelen”, je mag het dus zien als een surplus bovenop het brutoloon.

Het voordeel aan maaltijdcheques? Ze worden niet belast zoals gewoon brutoloon, je betaalt er namelijk geen sociale bijdragen of personenbelasting op. Het enige wat je moet voorzien is een eigen bijdrage van 1,09 euro per maaltijdcheque, deze eigen bijdragen wordt eenvoudig geregeld via een inhouding op het nettoloon.

Hoeveel maaltijdcheques mag ik mezelf toekennen?

Het aantal maandelijkse maaltijdcheques moet in overeenstemming zijn met het aantal gewerkte dagen. Opgelet, een zaakvoerder mag wel niet méér cheques ontvangen dan het maximum waarop een voltijdse werknemer recht kan hebben.

Hoe bestel ik maaltijdcheques?

Er zijn tal van leveranciers van maaltijdcheques, denk maar aan Edenred, Sodexo, Monizze, enzovoort. Je kan bij hun zelfs een vaste maandelijkse bestelling instellen, denk bijvoorbeeld aan een vaste maandelijkse bestelling van 20 maaltijdcheques.

Voor sommige maanden zal dit te weinig zijn, voor andere dan weer te veel. Geen probleem, zolang we gemiddeld op jaarbasis goed zitten. Eenmaal een vaste maandelijkse bestelling is ingesteld, hoef je hier niet meer naar om te zien.

De maaltijdcheque als betaalmiddel?

Je krijgt van Edenred, Sodexo, Monizze, .. een elektronische kaart waarop de maaltijdcheques elke maand worden opgeladen. Door het gebruiksgemak van die elektronische kaart kan je snel en eenvoudig betalen in de supermarkt

Laten we vertrekken bij het onderscheid tussen specifieke beroepskledij en niet-specifieke beroepskledij. Deze opdeling bepaalt namelijk de fiscale verwerking van kosten voor kledij.

Specifieke beroepskledij:

Concreet komen we hier terecht bij kleding waarbij er een direct verband met de uitoefening van het beroep bestaat. Denk hierbij aan veiligheidshelmen, brandwerende kledij, veiligheids(hand)schoenen, een doktersjas, een slagersschort, en dergelijke meer.

Over de aftrekbaarheid van dergelijke kosten bestaat geen twijfel. Indien u beroepsactiviteit dergelijke kledij vereist, is de aftrekbaarheid van de kost vanzelfsprekend.

Niet-specifieke beroepskledij:

Hier maken we verder het onderscheid tussen niet-specifieke beroepskledij met sterk publicitair karakter en niet-specifieke beroepskledij. Beide onderverdelingen hebben wel nog altijd betrekking op kledij die wordt gedragen bij de uitoefening van het beroep.

Denk hierbij aan een trui of T-shirt waar u op de achterkant het logo van uw bedrijf laat aanbrengen. Ongeacht of u dit logo onmiddellijk laat aanbrengen bij de aankoop van het kledingstuk of achter via een gespecialiseerde firma, de kledij verkrijgt hierdoor een publicitair karakter. Hierdoor zullen deze kledingstuk aftrekbaar worden als kosten van publiciteit.

Het spreekt voor zich dat het aspect publiciteit een cruciaal gegeven is voor deze kost. Het logo dient bijvoorbeeld prominent en voldoende zichtbaar te worden aangebracht op de kledij.

U mag het beroepsmatig gedeelte van deze kledij betalen met de rekening van uw vennootschap!

Is het beroepsmatig gedeelte van deze kledij bijgevolg een aftrekbare beroepskost voor uw vennootschap? Nee, dat valt namelijk onder de verworpen uitgaven. Fiscaal hebben deze kosten dus geen impact voor uw vennootschap, maar u blijft wel het enorme voordeel behouden dat u rechtstreeks met de rekening van uw vennootschap kan betalen. We schetsen een cijfervoorbeeld voor de aankoop van een maatpak ter waarde van € 1.000.

→ U koopt dit maatpak aan met privégelden, hiervoor heeft u een bezoldiging ontvangen van uw vennootschap.

De kostprijs om u dit nettoloon van € 1.000 ter beschikking te stellen, bedraagt in totaliteit € 2.000. Na verrekening van de personenbelasting en sociale bijdragen, heeft u netto € 1.000 ter beschikking voor de aankoop van uw maatpak.

De totale kostprijs van transactie:

+ € 1.000 aankoop maatpak

+ € 1.000 personenbelasting en sociale bijdragen


= € 2.000 totale kostprijs

→ U koopt dit maatpak via de vennootschap, waarbij er voor het beroepsmatig gedeelte wordt gewerkt via de verworpen uitgaven.

In samenspraak met Uw Ondernemingscoach schatten we het beroepsmatig gedeelte van dit maatpak in op 5/7. Gedurende weekdagen draagt u immers het maatpak tijdens het uitoefenen van uw beroep. Dat levert volgende berekening op:

5/7 * € 1.000 = € 714 verworpen uitgaven

2/7 * € 1.000 = € 286 privé-uitgaven, te verwerken via de rekening courant

Op deze € 714 verworpen uitgaven zal u vennootschapsbelasting moeten betalen, gerekend aan 25% vennootschapsbelasting, bedraagt de kostprijs hiervan € 178.

Om deze rekening courant opnieuw naar nul te brengen, zou u in principe een verhoging van uw bezoldiging kunnen doorvoeren. € 286 rekening courant compenseren zal u, na verrekening van de personenbelasting en sociale bijdragen, € 572 kosten.

+ € 1.000 aankoop maatpak

+ € 178 vennootschapsbelasting verworpen uitgaven

+ € 572 kostprijs compensatie rekening courant


= € 1.750 totale kostprijs.

Een besparing van maar liefst € 250 op de aankoop van een kledingstuk ter waarde van € 1.000!

Op 28 februari 2019 werd het nieuwe wetboek van vennootschappen gestemd in de kamer, waarbij nagenoeg alle onderdelen van het vennootschapsrecht ingrijpende wijzigingen ondergaan. Deze aanpassingen zullen van kracht zijn vanaf 1 mei 2019, waarbij de doelstelling van onze wetgever tweevoudig is. Allereerst streeft men door de inperking van het aantal vennootschapsvormen naar vereenvoudiging. Anderzijds streeft men naar flexibilisering en modernisering van het bestaande vennootschapsrecht.

Een overzicht van de belangrijkste wijzigingen:

A Het aantal vennootschapsvormen wordt herleid naar 4:

1. De BV (besloten vennootschap)

2. De NV (naamloze vennootschap)

3. De CV (coöperatieve vennootschap)

4. De maatschap

B Geen kapitaalvereiste meer bij de BV!

De Besloten Vennootschap (BV) wordt de meest uitgelezen vennootschapsvorm voor starters vanwege de laagdrempelige instap. Onder de oude wetgeving vereiste de oprichting van een BVBA een financieel plan en minimaal 6200 euro kapitaal. Deze kapitaalvereiste valt volledig weg voor de BV, waardoor in theorie 1 euro reeds volstaat voor de oprichting van een BV.  

Om bij de oprichting van een BV wel de garantie te bieden dat er voldoende kapitaal aanwezig is – te bepalen in functie van de toekomstige activiteit van de BV – zal er meer belang worden gehecht aan het financieel plan. Het financieel plan en bijhorend advies bij de oprichting van een BV zullen dus sterk aan belang winnen. In samenspraak met uw boekhouder dient u immers zelf een passend startkapitaal te bepalen, waarvan de hoogte zal afhangen van uw toekomstige activiteit.

Vennootschappen zullen voortaan ook moeten aantonen dat ze na een dividenduitkering nog steeds voldoende financieel stabiel zijn. Dit moet worden vastgesteld a.d.h.v. 2 testen, namelijk de liquiditeitstest en de netto-actieftest.

C Flexibiliteiten modernisering staan voorop!

De nieuwe wetgeving is er op gericht de juridische moeilijkheden uit het verleden i.v.m. het samenwerken via een vennootschap zoveel mogelijk weg te werken. In de nieuwe BV zal het voortaan mogelijk worden een dagelijks bestuurder aan te stellen die de alledaagse beslissingen neemt zonder dat er zoals in het verleden de nodige toestemming moet worden verzameld onder de bestaande vennoten.

Aandeelhouders zullen voortaan ook makkelijker kunnen in- en uitstappen. En dat vanaf nu niet enkel via de inbreng van kapitaal, maar ook via de inbreng van arbeid. Een potentiële aandeelhouder, die onvoldoende kapitaalkrachtig is om een inbreng te doen via kapitaal, kan op deze manier toch toetreden tot de vennootschap. De meerwaarde die hij via zijn arbeid en/of kennis kan betekenen voor de vennootschap, zal in de toekomst ook omgezet kunnen worden in een aandelenpercentage.

Overgang in 3 fasen:

Algemene Regel

De algemene regel is dat je op een dividend roerende voorheffing betaalt (30%). Voor het dividend uit je vennootschap is het je vennootschap als schuldenaar die de voorheffing moet inhouden, de ontvanger krijgt het nettobedrag privé uitbetaald.

Voorbeeld

In 2018 keert de vennootschap een dividend uit naar haar zaakvoerder van €600, dan moet daar eerst nog altijd roerende voorheffing van in principe 30% of €180 op ingehouden worden. De zaakvoerder krijgt aldus €420 netto uitgekeerd. Nieuw is dat je vanaf 2018 de eerste € 640 mag vrijstellen van roerende voorheffing. Concreet wil dit zeggen dat je de roerende voorheffing eerst moet betalen maar dat je deze later via je personenbelastingaangifte kan terugvorderen.

Tip

De € 640 vrijstelling die je krijgt kan je gebruiken voor het opvullen van het fiscale pensioen sparen, op die manier geniet je ook daar van de fiscale voordelen met gelden uit de vennootschap. De federale overheid heeft beslist om voor het inkomstenjaar 2019 deze vrijstelling op te trekken naar 800 euro.

Voor meer informatie, neem gerust met ons contact op!

Uw Ondernemingscoach

Heeft u onlangs een klantenreceptie georganiseerd met hapjes en drankjes? Dan kunt u nu de btw daarop recupereren.

Receptie om klanten aan te trekken?

Naam en product bekendheid is enorm belangrijk voor een zaak. U wil immers uw (potentiële) nieuwe klanten aanmoedigen om meer van uw diensten of producten te kopen. Daarvoor is een receptie een perfecte mogelijkheid waarop u hapjes en drankjes serveert.

Zijn deze 100% aftrekbaar?

Dan stelt zich de vraag, kan u als onderneming de BTW op dergelijke uitgave terugvorderen? Zo ja, hoeveel kan u terugvorderen? Het antwoord is 100%. Jawel, de BTW volgt hiermee het standpunt van Cassatie (Cass., 15.06.2012). De Btw ziet de commerciële geaardheid als voldoende om de btw helemaal te kunnen recupereren. Dergelijke uitgaven kaderen eerder in publicitaire kosten, vandaar de 100% aftrek.

De minister reageert positief!

De minister van Financiën heeft onlangs positief geantwoord op de vraag of hij akkoord kon gaan met de 100% – aftrek van de btw op klantenrecepties. Hiermee hebben we het bijvoorbeeld over drankjes en hapjes die specifiek zijn aangekocht voor commerciële events, zoals een opendeurdag, bedrijfsevenement, enzovoort.

Alleen commerciële doeleinden of meer?

Het is belangrijk om te weten dat deze regeling alleen voor commerciële doeleinde telt. Het commerciële karakter is bepalend voor de volledige aftrekbaarheid. Dat maakt dat voor normale recepties de aftrekbaarheid blijft bij de huidige 50%, hier hebben we het dan over bijvoorbeeld een nieuwsjaarsreceptie.

Tip!

Zorg dat u genoeg bewijsstukken ter beschikking heeft om het commerciële karakter aan te tonen van uw receptie. Bewaar dus bijvoorbeeld uitnodigingen van sociale media, gebruik de verwoording ‘opendeur’ i.p.v. ‘receptie’, enz.

 

Als zaakvoerder van uw vennootschap kan de vennootschap u een fiscaalvriendelijke sport– en cultuurcheque cadeau doen. Via deze cheques kunnen tal van sportieve en/of culturele activiteiten worden betaald, denk hierbij aan de ingangstickets voor festivals, sportstages voor de kinderen, het huren van sportterreinen, toegang tot musea, abonnementen van sportclubs, …

Jammer genoeg is de maximale waarde van een dergelijke cheque relatief beperkt, namelijk 100€ per boekjaar per zaakvoerder. Wel is dit voordeel perfect cumuleerbaar met andere fiscaal gunstige regimes, zoals de maaltijdcheque en de ecocheque.

Wat maakt deze sport- en cultuurcheque een fiscaalvriendelijk extraatje? Wel het betreft namelijk een vrijgesteld sociaal voordeel, dit betekent concreet:

Groot voordeel van de sport- en cultuurcheque is dat deze 100% is vrijgesteld van sociale lasten en personenbelasting. Met andere woorden, de waarde van de sport- en cultuurcheque is voor u persoonlijk volledig belastingvrij.

Het uitkeren van de sport- en cultuurcheque is voor de vennootschap een verworpen uitgaven. Met andere woorden mag u deze kost perfect betalen met gelden van de vennootschap, maar zal deze uitgave fiscaal niet meetellen als aftrekbare beroepskost voor de vennootschap.

Conclusie, u kunt zichzelf een voordeel uitkeren van 100€ per boekjaar jaar welke is vrijgesteld van sociale bijdragen en personenbelasting. De enige belasting op dit sociaal voordeel is de vennootschapsbelasting, gezien het uitkeren van een sport- en cultuurcheque een verworpen uitgaven betreft.

Heeft u nog vragen over dit fiscaalvriendelijk alternatief? Geef u ons zeker een seintje, we helpen u graag voort!

Wenst u een sport- en cultuurcheque aan te vragen? Neem dan gerust even contact op met uw sociaal secretariaat, zij starten de jaarlijkse bestelling van uw sport- en cultuurcheque snel en eenvoudig op.

 

 

Perfect mogelijk, ook vennootschappen kunnen immers hun financiële reserves beleggen in aandelen of andere financiële producten. Gelooft u bijvoorbeeld in een verdere groei van uw favoriete automerk of een verdere opmars van digitale munten? Dan kan u overwegen om via uw vennootschap uw slapende financiële gelden aan het werk te zetten.
Het rendement van de BEL 20 (20 grootste bedrijven in marktkapitalisatie genoteerd op de Belgische beurs) de afgelopen 12 maanden bedroeg maar liefst 11,79%.

Opgelet, de spelregels wijzigen in 2018!
Tot op heden werd de meerwaarde die u heeft gerealiseerd bij de verkoop van aandelen, in de meeste gevallen, vrijgesteld. Echter wijzigt dit principe vanaf 01/01/2018.
In de praktijk zal uw vennootschap bij de verkoop van aandelen vanaf heden op de gerealiseerde winst vennootschapsbelasting moeten betalen. Slechts in bepaalde gevallen, wanneer u voldoet aan de DBI-voorwaarden, zijn de meerwaarde op aandelen in uw vennootschap vrijgesteld van vennootschapsbelasting. Concreet komen deze DBI-voorwaarden er op neer dat u ofwel 10% van de aandelen of 2.500.000€ in waarde van het bedrijf waarin u belegt in handen moet hebben. Bovendien dient u deze voor een periode van minstens 1 jaar ononderbroken aan te houden. Enkel dan zal u op deze meerwaarde geen vennootschapsbelasting dienen te betalen. Daarenboven is de minderwaarde op aandelen niet aftrekbaar.

Waarom dan toch beleggen via uw vennootschap?
De details hieromtrent leggen we u uiteraard graag uit in een gedetailleerd gesprek, maar hierbij alvast een summiere opsomming:
Eerst en vooral kan u aan de slag gaan met de brutogelden van uw vennootschap. U moet met andere woorden dus niet eerst de gelden uitkeren onder de vorm van loon, welke al een hoge belastingsdruk ondergaat in België.
U kan rendement genereren op een hoger startbedrag, wat uiteraard het eindresultaat ten goede komt.

Daarnaast hebben tal van ondernemers liquide middelen aan de kant staan binnen de vennootschap. Vaak is het zo dat deze middelen geparkeerd staan op een klassieke spaarrekening, met het gekende lage rendement tot gevolg. Beleggen via de vennootschap mag u dus gerust zien als een vorm van passief ondernemen, warbij het rendement van uw belegging het financieel resultaat van uw vennootschap ten goede komt.

Wilt u aan de slag gaan? Kom gerust eens langs, wij zetten u graag op weg…

De eindejaarsperiode is vaak het ideale moment om belangrijke beroepsmatige contacten te bedanken met een relatiegeschenk.
Een relatie geschenk kan fiscaal aftrekbaar zijn voor 50 %, mits voldaan aan een aantal voorwaarden. We sommen ze even voor u op:

Belangrijk is dat u een geschenk geeft dat niet meer kost dan € 125. Geeft u toch een geschenk met een waarde van meer dan € 125 dan beschouwt de fiscus dit al een “voordeel alle aard”. Let op, het maximum van € 125 geldt per jaar en per persoon.
Om te vermijden dat de fiscus uw geschenken zal herkwalificeren als privé-kost kan u best zorgen voor bewijzen. Als u bv een factuur voor 10 flessen wijn voorlegt zal u best de nodige aantekeningen maken op de factuur of een lijst voorleggen van de contacten aan wie u de wijn heeft geschonken en wat de relatie met hen is.
Bijkomstige regel: indien de waarde van uw geschenk per stuk beneden de € 50 blijft mag u ook de BTW hierop aftrekken.

Waarover gaat het?
Uw vennootschap kan u als zaakvoerder ecocheques toekennen ter waarde van 250€ per jaar, ze vormen op die manier een klein extraatje bovenop uw loon. Ecocheques zijn interessant omdat er op de toekenning van deze cheques geen sociale bijdragen moet worden ingehouden. Met de cheques kan men milieuvriendelijke producten of diensten aankopen zoals spaarlampen, tickets voor het openbaar vervoer, koelkasten, oplaadbare batterijen, televisietoestellen en andere producten met het europese eco-label.

Keerzijde is dat ze niet aftrekbaar zijn als onkost in de vennootschap, maar u kan ze uiteraard wel betalen met vennootschapsgelden. Slotsom blijft dat de toekenning van ecocheques veel voordeliger is dan een verhoging van uw loon met een nettobedrag van 250€.

Hoe pakt u dit aan?
De werkwijze loopt gelijkaardig als deze bij maaltijdcheques. De cheques worden aangekocht bij sodexo of edenred, waarna ze op een betaalkaart beschikbaar zijn.

Wilt u zich voor het einde van 2017 nog snel een fiscaal vriendelijk extraatje toekennen, geef ons dan een seintje en wij doen de rest!

Uw zoon of dochter heeft in de zomer gewerkt als jobstudent(e) en heeft daarmee de 475 urengrens voor 2017 al overschreden. Bent u dan uw recht op kinderbijslag dan kwijt?

De 475 uur is een werkgeverskwestie

Tot 2016 konden studenten 50 dagen per jaar werken. Sinds 1 januari 2017 wordt dat niet meer in dagen, maar in uren uitgedrukt. Het gaat om 475 uur per jaar. Het maximum van 475 uur per jaar is minder van belang voor de student zelf, maar vooral voor zijn werkgever. Zolang de student onder het maximum blijft, zijn er immers niet de hoge normale RSZ-bijdragen (van 30%) verschuldigd, maar de lage speciale bijdragen (van 5%).

Wat telt voor kinderbijslag?

Grens van 240 uur per kwartaal. De ouders moeten uitkijken dat ze de kinderbijslag voor hun kind niet verliezen. De grens hiervoor bedraagt 240 uur per kwartaal. Studenten die nog geen 18 jaar zijn mogen werken zoveel als ze willen, de 240 urengrens geldt niet.

De 240 urengrens speelt ook niet in het derde kwartaal – m.a.w. de zomermaanden juli, augustus en september – voor de studenten van 18 jaar of ouder. In dat kwartaal mogen zij zoveel werken als ze willen. In de andere kwartalen moeten ze zich beperken tot 240 uur; of hun ouders dreigen de kinderbijslag te verliezen.

Wat telt voor het fiscaal ten laste zijn?

Criterium: de inkomsten. Een student mag slechts een bepaald bedrag aan inkomsten hebben om ten laste te blijven van zijn ouders. Het gaat niet alleen om inkomsten uit arbeid, maar ook om bv. interesten uit spaarrekeningen en eventuele onderhoudsgelden. De som van deze inkomsten is een grensbedrag aan nettobestaansmiddelen die niet overschreden mag worden. In 2017 gaat het om € 5.860 (gehuwde ouders) of € 7.280 (alleenstaanden). De eerste schijf van € 2.660 aan loon uit studentenarbeid is vrijgesteld.

Tip. Als een jobstudent alleen een inkomen uit arbeid heeft en zich beperkt tot 475 uur per jaar, zal hij de grenzen nier overschrijden. U moet pas attent zijn als er ook andere inkomsten zijn. 

Solliciteer


Afspraak maken